Nederland begint aan een nieuwe fase in zijn stedelijke ontwikkeling. De binnensteden zijn voor een groot deel klaar aan aan de buitenranden van de steden liggen de nieuwe Vinexwijken. Maar daartussen wonen honderdduizenden Nederlanders in op het oog heel gewone wijken, vaak uit de jaren vijftig en zestig. De belangstelling voor het verbeteren van die wijken groeit, niet alleen bij de corporaties, die de meeste woningen in bezit hebben, maar heel duidelijk ook bij commerciële ontwikkelaars.
In opdracht van het Watertorenberaad heb ik een rapport geschreven over vier proefprojecten die dat beraad in Zuid-Holland in dergelijke wijken heeft gedaan. Ik heb ze ’tussenwijken’ gedoopt. Tussenwijken bestaan uit veel dezelfde, goedkopere woningen en naar verhouding weinig economische of culturele activiteiten. De omstandigheden zijn nu zowel gunstig als urgent om aan deze wijken veel meer aandacht te geven.
De vier onderzochte wijken zijn Moerwijk-West in Den Haag, Kop van Feijenoord in Rotterdam, Singelkwartier in Schiedam en Kuyperwijk in Delft. Met het onderzoek heeft het Watertorenberaad laten zien hoe tussenwijken een nieuwe toekomst kunnen krijgen. Een toekomst met betere woningen in een mooiere openbare ruimte, meer economische en culturele
activiteit, een duurzamer leefomgeving en met meer
betrokkenheid en zelfzorg van de bewoners.
Het volledige rapport staat op de website van het Watertorenberaad.